Let op: Start in Luxemburg


Let op: zoals reeds meermaals gecommuniceerd start de SLS dit jaar in Luxemburg.

 

Service onderweg aan je rallyauto – wat houdt dat in?

Hoe goed je je auto ook hebt voorbereid op vier dagen rally rijden, er kan altijd wel iets mis gaan. Onze bolides zijn tenslotte allemaal minstens 40 jaar oud en diverse onderdelen zijn nu eenmaal aan slijtage onderhevig. In de vroegere SLS’en kon je niet zonder een eigen serviceteam, wilde je überhaupt finishen. Lees maar eens bijgaand verslag van Jan van Zeeland over de SLS van 1971, waarin hij de loftrompet steekt over de ZAV-serviceploeg.


Hoe gaat het tegenwoordig?

In de huidige historische rallysport geldt een verbod op eigen serviceteams, maar dat wil niet zeggen dat er geen ondersteuning aanwezig is. Daarvoor gaan we te rade bij Jan Tinga en Paul Neeskens. Beiden zijn al zo’n 25 jaar bij de SLS betrokken. Jan kent u van zijn trailer, die als bezemwagen fungeert. “Vroeger kwam ik terug met negen auto’s op de vrachtwagen, tegenwoordig zijn het er vaak maar twee of drie. We kunnen vandaag de dag meer repareren.”

 

  

Paul coördineert de planning van de service en zorgt er zo voor dat ieder op zijn beurt geholpen wordt. “Een goed resultaat staat of valt met een dito voorbereiding”, aldus Paul. “Of u nu alles zelf doet aan uw klassieker of dat u al het noodzakelijke werk uitbesteedt maakt niet uit, zolang het maar goed gebeurt. Dus een checkup die specifiek gericht is op hetgeen u van plan bent met uw auto.
Klinkt allemaal heel vertrouwd en bekend, maar u zult ze de kost moeten geven die het allemaal wat minder stringent zien. Want ze bestaan echt: we zagen en zien auto’s die in de voorbereiding alleen een poetsdoek hebben gezien – en soms zelfs dat niet.
Om nog maar te zwijgen van de gevallen waarbij we de door ons verrichte noodreparatie van het jaar ervoor nog zagen zitten tijdens het verhelpen van een nieuwe storing! Of dat na anderhalve dag rally rijden de remblokken totaal versleten zijn. Hebben ze wel nieuwe in de kofferbak liggen, maar die hadden er natuurlijk voor de start op moeten zitten. En raad eens wat dan steevast door de bestuurder wordt gezegd als je hem of haar op dit soort gevallen aanspreekt? ”Daar hebben we jullie toch voor?” We worden dan uiteraard niet boos maar zijn wel heel erg teleurgesteld. Want zo iemand heeft het echt niet begrepen.”

 


Wat kan wel, wat kan niet?

“Bij de voorbereiding op de SLS lees je vanzelfsprekend het reglement. Maar lees dan ook het artikel over het serviceteam. Daarin staat letterlijk: De organisatie draagt zorg voor een uitgebreide berging/sleephulp, middels een professioneel serviceteam. Aan deze service kan een equipe nimmer rechten ontlenen. Als u dit leest merkt u dat er een behoorlijk verschil zit tussen het reglement en de realiteit. En dat is prima zo, want vaak is repareren sneller dan afslepen naar een garage. En tenslotte is een op eigen kracht rijdende deelnemer de beste deelnemer. Maar tijdens de voorbereiding zou u betreffend artikel uit het reglement als leidraad moeten nemen. En als we tijdens de rally wat meer voor u kunnen (en willen) betekenen is dat een gratis bonus. Zo appelleren we ook aan uw eigen zelfwerkzaamheid. Zoals u de ramen zelf poetst als ze smerig zijn, dient u ook andere dingen zelf te regelen. Het serviceteam is geen tankstation en uw lekke band moet u ook zelf wisselen en laten repareren. Gewoon de dingen die u door het jaar heen met uw moderne auto ook zelf moet regelen. Verder zult u zien dat de diverse serviceteams geen uitdaging uit de weg gaan wanneer het erom gaat uw gestrande klassieker weer op weg te helpen.”
 


Vrijwilligers

We kunnen het niet genoeg benadrukken: de mannen van de serviceploeg zijn allemaal vrijwilligers. Zij bepalen wat wel en niet gerepareerd kan worden. ’t Is een hobby, ze zien het als uitdaging met beperkte middelen een reparatie uit te voeren en de auto weer op weg te helpen. Tijdens een SLS hebben ze per avond toch gauw tussen de vijftien en 25 auto’s onderhanden. De lijfspreuk van Jan: “Ik kan alles repareren tot het tegendeel bewezen is.” Natuurlijk hopen ze aan hun reparatiewerkzaamheden nieuwe klanten over te houden. En vanzelfsprekend moeten nieuwe onderdelen die uit hun voorraad komen wel afgerekend worden. Doe dus niet zoals die ene deelnemer van die Engelse auto, bij wie jaren terug de kapotte dynamo voor een nieuwe vervangen werd en die weigerde te betalen. De kans dat u de sleutels van de auto terugkrijgt wordt dan aanzienlijk kleiner! Tenslotte een tip: als die mannen tot diep in de nacht bezig zijn om u in de wedstrijd te houden, hebben ze ook wel eens trek in een biertje. Dat is het minste wat u terug kunt doen!


Win-win-winsituatie

Drie keer win. Want als u uw zaakjes goed voor elkaar heeft, is dat een winsituatie voor uzelf, voor het serviceteam, maar ook voor de andere deelnemers. Zo blijft er tenslotte meer tijd over voor de echte pechgevallen. Simpel toch? En heeft u tijdens de voorbereiding vragen op technisch gebied, schroom dan niet en bel Jan Tinga of Paul Neeskens gewoon eens op. Grote kans dat ze u weer op het juiste spoor zetten!